
Mogelijkheden
Belangrijke zaken die u zelf mag en kan regelen, zijn hier op een rij gezet:
U mag de uitvaart geheel zelf regelen
U bent niet verplicht een uitvaartondernemer in de arm te nemen. Het gebeurt zelden dat nabestaanden alles zelf regelen, maar het mag wel. Het kan zijn dat u stuit op enige weerstand van personen en instanties die dit niet gewend zijn. U kunt er ook voor kiezen slechts enkele onderdelen (bijvoorbeeld het vervoer) door een uitvaartondernemer te laten regelen.
U mag zelf aangifte doen bij de Burgerlijke Stand
De wet zegt dat iedereen die ‘kennis heeft van het overlijden’ aangifte kan doen. Meestal doet de uitvaartondernemer dit, maar waarom een geboorte wel zelf aangeven en een overlijden niet? (De naam van degene die aangifte doet komt op de overlijdensakte te staan.) Bij het doen van de aangifte moet u de door de arts verkregen overlijdensverklaring overleggen. Als de overledene getrouwd was, dan moet ook het trouwboekje mee. De ambtenaar van de Burgerlijke Stand stelt een akte van overlijden op. Deze akte is het bewijs van overlijden en geeft tevens het verlof tot begraven en cremeren. Sinds een aantal jaren is het mogelijke om digitaal aangifte van overlijden te doen. Door digitaal aangifte van overlijden te doen wordt de aangifte sneller afgewikkeld.
Onder bepaalde omstandigheden (meestal een niet natuurlijk overlijden), is het niet mogelijk om zelf aangifte van overlijden te doen. Ook de uitvaartverzorger kan dan geen aangifte doen.
Waarschuwing; op het verlof tot begraven of cremeren wordt de term “lijk” van overledene gebruikt. Dit komt om dat de wetgeving nog steeds deze benaming gebruikt.

U mag de overledene zelf verzorgen (afleggen), thuis opbaren en kisten
Denkt u daar zelf niet toe in staat te zijn, dan kunt u de hulp van een deskundige inroepen, bijvoorbeeld een verpleegkundige of een professionele overledene verzorger. U kunt deze helpen bij het verzorgen of er alleen maar bij aanwezig zijn. Overlijdt iemand in een ziekenhuis of verpleeghuis dan moet u nadrukkelijk kenbaar maken dat u bij het verzorgen aanwezig wilt zijn. De verzorging kan anders dan vaak wordt aangegeven ook op een later tijdstip, bijvoorbeeld na het vervoer naar een uitvaartcentrum of thuis, plaatsvinden.
Thuis opbaren kan altijd, ook als iemand in het ziekenhuis is overleden. Voor het thuis opbaren kan via de uitvaartonderneming een koelelement worden gehuurd. Let wel deze koeling helpen in het afremmen van de ontbinding, maar het blijft een hulpmiddel dat niet te vergelijken is met een koeling in een uitvaartcentrum.

Thanatopraxie
Sinds 2011 is een lichte vorm van balseming (thanatopraxie) in Nederland toegestaan. Deze handeling moet worden uitgevoerd door een daarvoor opgeleide persoon. De voordelen van thanatopraxie zijn dat het lichaam niet meer gekoeld hoeft te worden en dat se overledene een natuurlijker kleur krijgt. Ook kaan door middel van thanatopraxie het extra vocht dat tijdens IC-behandeling is toegevoegd aan het lichaam worden verwijderd. Eem nadeel van thanatopraxie is dat het een ingrijpende ingreep is op het lichaam. Heeft u vragen over de mogelijkheden van thanatopraxie dan beantwoorden wij die graag.
U mag zelf een kist maken
Het enige dat de wet over de kist zegt, is dat deze niet vervaardigd mag zijn van kunststoffen of metalen. Een uitzondering wordt gemaakt voor de kleine delen zoals handvatten, schroeven en ornamenten, omdat deze bij crematie makkelijk van de kist verwijderd kunnen worden en bij begraven de ontbinding van het lijk niet in de weg staan. Een crematiekist moet uiteraard uit brandbaar materiaal bestaan.
Begraafplaatsen en crematoria kunnen wel bepaalde voorschriften hanteren wat betreft de afmetingen van de kist. Informeer hierover vooraf bij de betreffende begraafplaats of het crematorium. Gebruikelijke afmetingen zijn 180 cm tot 200 cm lang en 50 cm tot 55 cm breed.
Er mag ook zonder kist begraven of gecremeerd worden
Het gebruik van een kist is niet meer wettelijk verplicht. U kunt ook gebruik maken van een wade. Dit zijn doeken waarmee het lichaam wordt omhuld. Volgens de richtlijnen moet het lichaam zodanig worden omhuld dat de contouren van het lichaam niet zichtbaar zijn. Daarnaast zal het lichaam op een (opbaar)plank moeten worden gelegd. De meeste crematoria eisen dat de plank aan de onderzijde glad is. (Geen wilgentakken baar).
Waarschuwing; De kosten van een wade en een opbaarplank zijn vaak hoger dan eenvoudige uitvaartkist. Bij crematie vervalt de bijdrage aan energie, die de verbranding van de kist geeft, hierdoor is er mee energie verbruik dan bij een crematie waar een uitvaartkist wordt gebruikt. Het gebruik van een wade is dus niet milieuvriendelijker.
Kistenfabrikanten leveren over het algemeen niet aan particulieren, maar het gebeurt wel. Tegenwoordig zijn er ook diverse plaatsen waar men als particulier een kist kan kopen.

Artikel 8 Wet op de lijkbezorging (vaststelling identiteit van de overledene)
In dit artikel wordt geregeld dat iemand de identiteit van de overledene vast moet stellen. Deze persoon stelt een document op waarin de naam, geboortedatum, overlijdensdatum en registratienummer staan. Dit registratienummer moet ook worden vermeld op de op de kist. Indien het registratienummer op de kist en het document niet overeenkomen mag de beheerder van de begraafplaats of het crematorium niet overgaan tot begraven of cremeren. De kist moet dan worden geopend en twee personen, die de overledene bij leven hebben gekend moeten verklaren dat het persoon, waar het omgaat is.
Omdat het aanbrengen van een nummer op de kist door nabestaanden als onprettig wordt ervaren. de overledene wordt er een nummer door, plaatsen sommige uitvaartverzorgers een naamplaat op de kist. Hierop wordt dan meestal heel klein het registratienummer vermeld.
De kist mag in een ander voertuig dan een rouwauto vervoerd worden
De wet bevat geen enkel voorschrift betreffende het vervoer naar begraafplaats of crematorium. Dat wil niet zeggen dat elk vervoermiddel overal is toegestaan. Gemeentes zijn vrij, in het kader van de Algemene Politie Verordening hier regels over op te stellen. In de sommige gemeenten, zoals bijvoorbeeld Amsterdam, is elk vervoermiddel toegestaan: privé-auto, boot, koets, bakfiets et cetera. Andere gemeenten kunnen al moeilijk doen als u de overledene in een eigen bestelbus wilt vervoeren.
U mag de overledene zelf naar het graf toedragen en in het graf laten zakken
U bent niet verplicht dragers in te huren. De meeste begraafplaatsen zullen geen bezwaar maken als u de kist zelf in het graf wilt laten zakken en het graf vervolgens zelf sluit, maar overleg hierover vooraf met de begraafplaats.
U mag bij de verbranding van de overledene aanwezig zijn
De wet legt u niets in de weg als u ook de verbranding van de overledene wilt bijwonen. Of hier aan tegemoet kan worden gekomen hangt echter geheel af van het beleid en de inrichting van het crematorium. De meeste crematoria zullen uw aanwezigheid in de verbrandingsruimte toestaan. Maar wederom: overleg hierover vooraf.



U mag, ongeacht waar u woont, in elk crematorium in Nederland gecremeerd worden en u hoeft niet in de eigen woonplaats begraven te worden.
Nederland kent gemeentelijke en bijzondere begraafplaatsen. De beheerders van een bijzondere begraafplaats (joods, rooms-katholiek of protestants) kunnen personen van andere gezindten weigeren. Op kleine parochiekerkhoven zullen over het algemeen alleen leden van de eigen parochie begraven worden.
Ook het vervoer van overledene binnen Nederland is gehaal vrij. De kosten van het gebruik van een rouwauto voor een bepaald traject kunnen behoorlijk oplopen. Op deze kosten kan bespaard worden door gebruikt te maken van een busje.
De asbus mag thuis bewaard worden
Een maand nadat de as in de bus is geborgen mag deze mee naar huis genomen worden door de nabestaanden. Het begrip ‘nabestaande’ is in de wet zeer ruim genomen: ‘de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot of andere levensgezel’, dan wel een ‘meerderjarige erfgenaam’ of anders ‘degene die de zorg voor de asbus op zich neemt’. Meestal geldt dat het crematorium de as meegeeft aan degene, die het opdrachtformulier voor de crematie heeft getekend.
Sinds enkele jaren mag de as op elk willekeurige plaats verstrooid worden, mits u vooraf toestemming heeft gevraagd van de eigenaar van de grond.
Een van de belangrijkste zinnen in de wet luidt: ‘De lijkbezorging geschiedt overeenkomstig de wens of de vermoedelijke wens van de overledene, tenzij dat redelijkerwijs niet gevergd kan worden.’ Leg speciale wensen dan ook vast op papier of laat ze weten aan de mensen in uw omgeving.
Wat moet? En wat mag niet?
Begraven mag alleen op een begraafplaats en cremeren mag alleen in een crematorium. De begrafenis of crematie mag pas 36 uur na overlijden plaatsvinden, maar moet binnen de 6de werkdag na de dag van overlijden gebeuren. Na het overlijden moet de arts gewaarschuwd worden. Deze geeft een verklaring van overlijden af, waarmee een verlof tot begraven en cremeren kan worden aangevraagd.
Het lichaam mag niet gebalsemd of op andere wijze geconserveerd worden, behalve als er vervoer naar het buitenland moet plaatsvinden of als het lichaam ter beschikking van de medische wetenschap is gesteld- Per 1 januari 2011 is hier echter een uitzondering op gekomen. Per deze datum is het toegestaan om thanatopraxie toe te passen. Dit is een vorm van balseming die het ontbindingsproces plus minus 14 dagen uitstelt. De vorm van balseming kan belangrijk zijn als er mensen uit het buitenland moeten komen of als u langer tijd nodig heeft om afscheid van de overledene te nemen. De thanotopracteurs zijn hiervoor speciaal opgeleid en moeten over een speciaal certificaat beschikken. De kosten van een thanothopraxie bedragen gemiddeld zo’n €800.-.